woensdag 6 juni 2012

Lessen van Occupy

Het begon allemaal vol vuur en vastberadenheid. Eerst in de VS; de Occupy beweging. De boodschap was ook helder. Het ging tegen de banken, de bonuscultuur en het monopolie kapitalisme. Pleinen werden bezet, ook gebouwen en straten voor de grote financiƫle centra. Ook in Europa, inclusief Nederland, kwam Occupy van de grond. In Amsterdam stonden de actievoerders maandenlang op het Beursplein. Langzaam werd het kamp kleiner en kleiner. Tot er nog maar een hoekje over bleef. Dat liet de gemeente uiteindelijk ontruimen. Zo werd het weer stil rond de Occupy beweging.

Is het intussen een gestorven initiatief? Het lijkt er op. Jammer genoeg, want iedere aanzet tot tegenstand en verzet is welkom. Het is nu tijd om te kijken waarom het zo is gelopen, want wat er in Amsterdam gebeurde was ook elders het slotstuk. Het idee van Occupy sprak veel mensen aan. Bijna iedereen is de graaicultuur van de bovenlaag zat. Het moest maar eens afgelopen zijn met de bonussen en de megasalarissen. Occupy had dus genoeg open doelen om te kunnen scoren.
Maar er was al vanaf het begin een probleem. Occupy wist perfect waar het tegen was, maar waar men eigenlijk voor was kwam niet uit de verf. Een andere maatschappij, ja, en minder gegraai. Dat was veel te abstract. Daar kwam bij dat Occupy overal een ander gezicht had. In Engeland, waar ook gebouwen bezet waren, deed men veel aan persoonlijke hulpverlening. In Nederland ging het er vooral om dat de tentenkampen in stand bleven. Dat gaf maandenlang gesteggel met de verschillende gemeenten. Dat kostte veel tijd en energie.

Er bleef wat tijd over voor ludieke acties, maar veel gebeurde er niet. Het oefende ook geen aantrekkingskracht uit op de rest van de bevolking. Het moest dus allemaal op een zeker moment vastlopen. Een actie, zoals Occupy, moet zich steeds verder uitbouwen, steeds groeien. Er moet dynamiek inzitten. Steeds meer en andere mensen moeten zich aangesproken voelen. Daar kwam bijna niets van terecht. Er waren geen echte leiders met visie en ook geen echte strategie. Eigenlijk presenteerde men ook geen echt alternatief voor het heersende kapitalisme. Over een socialistische maatschappij, het enige alternatief voor het kapitalisme, werd al helemaal niet gesproken.
Van echt mobiliseren voor een alternatief was dan ook nauwelijks sprake. Wat had anders gemoeten? Het is een feit dat Occupy een eenheidsinitiatief was, en geen politieke partij. Van een sluitende ideologische lijn kan dan meestal geen sprake zijn. Maar er hadden wel duidelijk uitgangspunten en een visie moeten zijn. Verder was er noodzaak aan een duidelijk mobilisatiepunt. De tentenkampen waren dit niet. Het is goed om een basis te hebben, maar door de opzet trok het meer daklozen en verslaafden aan dan mensen die een andere wereld willen. Natuurlijk moeten deze groepen geholpen worden, maar dit was niet de plaats. Een goed mobilisatiepunt was geweest; een wekelijkse demonstratie op een vaste plek en een vaste tijd.

Je probeert dan iedere week mensen naar die demo te krijgen. Een kleine groep gaat dan langzaam groeien tot een massa als je tot de verbeelding van de mensen spreekt. Als dit lukt, wordt de demo iedere week wat groter en meer spectaculair. De bevolking gaat dit herkennen en als het goed georganiseerd is gaat dit een eigen leven leiden. Als dit punt wordt bereikt, en met de huidige onvrede moet dit toch kunnen, gaan de autoriteiten zich zorgen maken, en beginnen zij met tegenmaatregelen. Dat gaat nog meer mensen aantrekken en dan is er sprake van het sneeuwbaleffect. Natuurlijk is dit alles niet makkelijk en gaat het ook niet vanzelf. Maar je gaat dan wel een kans maken om daadwerkelijk iets te veranderen, en daar gaat het immers om.
Pessimisten zullen zeggen dat het wijdere publiek voor zoiets niet warm te krijgen is. Dat klopt niet, het gaat er maar om wat mensen voor ogen krijgen. Een klein voorbeeld; tijdens de antikapitalistische 1 mei demo in Amsterdam dit jaar werden de demonstranten op een zeker moment ingesloten door de ME. Omstanders begrepen niet goed wat er aan de hand was en waren de demonstranten niet bepaald goed gezind. Tot een demonstrant op een tramhokje ging liggen om het politiegeweld te filmen. Een ME’er te paard probeerde hem daar af te trekken. De zelfde omstanders zagen dit en hun stemming veranderde binnen een seconde. “Stelletje dictators, laat die man met rust,” werd er geroepen. Ook aan deze kant van de lijn werd het onrustig. Dit geeft aan dat er potentie is. Je moet hem alleen op de juiste wijze aanspreken.

Om tot werkelijke veranderingen te komen heb je een ideologie nodig, die handvaten biedt voor de verschillende morgelijkheden en problemen, en die er ook voor zorgt dat de actievoerders het kunnen uithouden. Occupy heeft teveel aan het toeval overgelaten. In feite was de beweging toch een beetje het kind van de huidige maatschappij, de waan van de dag regeerde. Het gaat er juist om daar niet in mee te gaan. Er moet een eigen agenda zijn waar je kosten wat kost aan vast houdt. Tegen alles in. Waar nodig ook tegen de wet. Het zijn immers niet onze wetten, maar de wetten van het systeem die er op zijn gericht om ons te onderdrukken. En precies dat systeem, inclusief deze wetten, willen we omverwerpen.
Het initiatief van Occupy lijkt nu voorbij. Maar er zullen andere bewegingen en verzetshaarden komen, deels gebaseerd op Occupy. Dan is het belangrijk om de lessen te leren. Het potentieel voor verzet en actie is er. Het gaat alleen om de juiste vormen en de juiste visie, en geduld om het verzet te laten groeien. Initiatieven als Occupy zijn etappes in wat nog een lange hobbelige rit gaat worden. Een rit die ons uiteindelijk naar een socialistische maatschappij gaat brengen. En in het bereiken van dit doel kunnen we allemaal een rol spelen. Hoe groot of klein dan ook.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten