donderdag 12 juni 2014

De Nederlandse overheid en de jihadstrijders



Als je naar de Nederlandse overheid luistert, zou je kunnen denken dat ze zich ernstige zorgen maken over de zogenaamde jihadstrijders, die naar Syrië gaan om voor Al Qaida te vechten. Er gaat bijna geen week voorbij of ergens in de media komen wij een verhaal tegen over deze misleidde figuren die met alle geweld naar Syrië willen afreizen om hun leven als martelaar te eindigen. Dan is het de minister van justitie die zich zorgen maakt, en later is het weer de AIVD. Men wil deze strijders in de dop uit Syrië weghouden en schijnt daar echt werk van te maken. Trots werd er laatst beweerd dat de paspoorten van een aantal jongeren zijn ingenomen om hun afreizen naar het strijdgebied onmogelijk te maken.   

De overheid is namelijk bang dat deze strijders bij terugkomst getraumatiseerd zullen zijn. Het leven aan het front is immers geen pretje. Gelijktijdig is men ook bang voor aanslagen omdat de zogenaamde jihadisten ervaring op gedaan zullen hebben met wapens en explosieven. Dat deze figuren bij terugkomst wel degelijk gevaarlijk zijn bleek een paar weken geleden in Brussel. Een Fransman die in Syrie is geweest schoot daar 4 mensen dood in het Joods Museum in de stad. De beelden van de schietpartij laten zien dat de man wist wat hij deed en goed met zijn wapens kon omgaan. Volgens de Franse autoriteiten werd de man in de gaten gehouden sinds zijn terugkeer uit het Midden Oosten. Maar men was hem in Duitsland kwijt geraakt.

Er gaat dus wel degelijk gevaar uit van deze jihadisten, maar dat betekend gelijktijdig dat de overheid er op een verkeerde manier mee omgaat. Nu is men heel hard bezig om potentiële strijders hier in Europa te houden. Ze worden in de gaten gehouden en als het lijkt als of iemand op weg gaat naar Syrie worden het paspoort ingenomen. Het sluitstuk is dan dat er hier weer een gefrustreerde potentiële strijder rondloopt, die zijn zucht naar het martelaarschap niet kan waarmaken. Dat ook van zo iemand een dreiging uit gaat ziet men angstvallig over het hoofd.

Wat dan wel te doen met deze figuren die er hun zinnen op hebben gezet om aan de zogenaamde heilige oorlog te gaan deelnemen. Het is eigenlijk heel eenvoudig. Als iemand signalen vertoond van een gepland vertrek naar Syrie is het zaak om zo iemand niets in de weg te leggen. Gewoon laten afreizen, maar wel met dien verstande dat men er bij een mogelijke terugkeer niet meer in komt. Dat kan door een stempel in het paspoort of het blokkeren van de pas op afstand. Ook verblijfsvergunningen kunnen meteen vervallen worden verklaard. Dan is de zaak opgelost en gelijk ook voor goed. Deze zogenaamde strijders zien hun leven hier toch als waardeloos, dus waarom iemand vast houden op een plaats waar hij niet wil zijn.

Het moet dus aan iedere potentiële strijder duidelijk zijn dat als hij of zij gaat, er hier geen plaats meer voor hen is. Ze kunnen dan in Syrie blijven of ergens anders in het Midden Oosten. Dat maakt op zich niet uit. Sommige zullen zeggen dat dit een harde lijn is, maar dat komt omdat het probleem niet goed word begrepen. De groepen waar deze strijders zich bij aansluiten werken vanuit een haat ideologie, die moorden, plunderen en verkrachten als heel normaal ziet. Deze haat komt direct uit het Midden Oosten en word ingezet om mensen te ronselen. Het is dus logisch dat zij vervolgens op de plaats blijven waar deze haat zijn oorsprong vindt. Als men de strijd tenminste overleeft.

Het is een raadsel waarom de overheid deze beleidslijn niet met onmiddellijk gang invoert. Het zou veel problemen oplossen met niet al te veel moeite. Toch wordt deze weg niet ingeslagen. Als het om linkse strijders gaat heeft men zulke twijfels niet. Toen veel socialisten en communisten in de jaren 30 naar Spanje trokken om tegen de fascisten te vechten in de Internationale Brigades, werden zijn na afloop echt niet met open armen ontvangen. Zij werden stateloos verklaard omdat ze zogenaamd in vreemde krijgsdienst waren geweest. Nog tot ver in de jaren 50 moesten zij zich iedere week op een politiebureau melden. Dit terwijl ze alleen maar hadden geprobeerd om oorlog in Europa te voorkomen. Toen had de overheid geen enkele twijfel als het er op aan kwam om harde maatregelen te treffen, die tot de dag van vandaag als een schandaal moeten worden gezien.

De jihadisten hebben dit soort problemen niet. De overheid is zelfs bezorgd over hun welzijn. We moeten ons echt afvragen waarom dit is. Er bestaat een vreemde band tussen de imperialisten en de jihadstrijders. We moeten niet vergeten dat de imperialisten groepen als Al Qaida en de Taliban steunden tegen de Sovjet Unie. Ook bij andere gelegenheden is er gebruik gemaakt van de groene fascisten. Er moet een reden zijn waarom men nu weer deze Syriegangers met zo veel voorzorg behandeld. 

Hoopt men ooit gebruik van hen te maken? Passen ze misschien in het verdeel en heers spel waar de heersende elites zo goed in zijn? Het zijn vragen waar we snel een antwoord op moeten vinden. Want ook voor de linkse beweging zijn deze figuren een gevaar. Misschien is het juist dat waar de imperialisten hen voor op het oog hebben. Zo als gezegd; het zou niet de eerste keer zijn. Waakzaamheid is in ieder geval geboden.