Als we de westerse media volgen, wordt
al snel duidelijk dat Rusland het land is dat de meeste kritiek krijgt. Of het
nu gaat om mensenrechten, de oorlog in de Oekraïne of Syrië, of de relatie
tussen oost en west, je zult maar zelden een positief bericht aantreffen. Zelfs
de meer serieuze media, zo ver je daar nog van kan spreken, doen hier aan mee.
Van nuances is meestal heel weinig te bespeuren, en het is ook niet ongewoon
meer om Rusland in de pers als vijand te bestempelen. Dat gaat dan vaak wel in
de gedaante van President Vladimir Poetin, maar het is duidelijk zichtbaar dat
men met de vele aanvallen het hele land bedoeld, niet alleen de leiding.
We kunnen dus gerust vaststellen dat
we in het westen een eenzijdig beeld voorgeschoteld krijgen. In verschillende
landen wordt daar nog een schepje boven op gedaan. In Scandinavië, de Baltische
republieken en Polen zijn er complete haatcampagnes gaande, waarbij Rusland
wordt neergezet als een potentiële aanvaller die ieder moment de tanks de grens
over kan sturen. In de Baltische republieken en de Oekraïne gaat men zelfs
zover dat men nazileiders en naziorganisaties, uit de jaren 30 en 40 van de
vorige eeuw, als helden omarmd omdat ze ooit tegen de Sovjet Unie waren. Dat
men daarbij bloedige moordenaars op een voetstuk plaatst, schijnt niet uit te
maken. Alles wat de haat tegen Rusland kan aanwakkeren is welkom en wordt
aangegrepen.
Je moet je dan afvragen waar die haat
en het wantrouwen vandaan komt. Op zich is het iets wat al heel lang aan de
gang is. Het westen vertrouwde Rusland al nooit. Dat was voor de Sovjet Unie,
tijdens de Sovjet Unie en nu nog steeds. Het land is natuurlijk groot en
onoverzichtelijk door de vele variaties, en wordt daarom ook niet begrepen.
Gebrek aan begrip leidt al snel tot angst en wantrouwen en vervolgens haat.
Daar komt nog bij dat Rusland op het gebied van grondstoffen rijk is en dus ook
maar moeilijk gechanteerd kan worden. Dat betekent weer jaloezie en meer haat
omdat het bemoeizuchtige westen, en dan spreken we vooral over de VS en de EU,
er maar niet in slaagt grip op Rusland te krijgen.
Na de val van de Sovjet Unie, aan het
begin van de jaren 90, dacht men de klus te hebben geklaard. De nieuwe
Russische leiding boog voor het westen en de westerse kapitalisten konden
rustig plunderen en stelen, zoals ze dat eerder ook al in de DDR hadden gedaan.
De dagen van een onafhankelijk Rusland met een stevige plaats in de wereldgemeenschap
leken voor goed voorbij. Deze teruggang stopte pas toen “Verenigd Rusland” van
Vladimir Poetin aan de macht kwam. Hij en zijn partij hebben van Rusland weer
een land gemaakt waar rekening mee gehouden moet worden. De tijden van
manipulaties en onbeperkt stelen en plunderen zijn voorbij. Ook de Russische
strijdkrachten zijn weer op volle sterkte, dus kunnen we gerust zeggen dat het
westen weer terug is bij af. Het resultaat zien we iedere dag; de haat en het
wantrouwen worden steeds verder opgedreven, en ook van oorlogstaal is men niet
vies.
Steeds vaker oefent de NAVO vlak bij
de Russische grenzen en ook de Amerikaanse basisuitbreidingen nemen toen. Is
dat een bedreiging voor Rusland? Aan de ene kant wel, omdat het natuurlijk
altijd een probleem is als troepen, die je niet welgezind zijn, vlak voor je
voordeur heen en weer marcheren. Als Rusland dat bij Amerika zou doen gingen in
Washington zonder meer de sirenes af. Aan de andere kant moeten we vaststellen
dat al die NAVO troepen eigenlijk nauwelijks een echte bedreiging voor Rusland
vormen. Het zou de Russische strijdkrachten weinig moeite kosten om al deze
zogenaamde vooruitgeschoven posten binnen een heel korte tijd te vernietigen.
Dat weet Rusland en dat weten de Amerikanen ook. Toch blijft het een probleem,
omdat het altijd de start van iets anders en onverwachts kan zijn, en het ook
niet normaal is dat een moordenaarsorganisatie als de NAVO ongestoord een land
kan bedreigen waarmee men niet in oorlog is. Dat is gewoon provoceren, niet
meer en niet minder.
Maar hoe kijken de gewone Russen nu
eigenlijk naar dit alles? Voelen ze de dreiging in het gewone leven, en hoe
kijken ze aan tegen de constante kritiek uit het westen? Ten eerste moeten we
vaststellen dat de meeste Russen de ontwikkelingen op de voet volgen. Ze zijn
vaak veel beter op de hoogte dan de bevolking in het westen. Dit heeft met
verschillende dingen te maken. De dreiging van het westen, inclusief oorlog,
wordt veel meer openlijk besproken dan hier het geval is. Ook is het zo dat de
meeste Russen de lessen uit de Tweede Wereld Oorlog goed hebben geleerd. Men
gaat er van uit dat het westen niet te vertrouwen is en dus in de gaten
gehouden moet worden. De bevolking heeft veel vertrouwen in de Russische
strijdkrachten, en is gelijktijdig ook overtuigd van het eigen kunnen. “Wat
onze grootouders konden, kunnen wij ook,” is een vaak gehoorde uitspraak. Als
het om de verdediging van Rusland gaat is men bereid. Niet met agressiviteit
zoals we dat vaak bij de Amerikanen zien, maar wel met vastberadenheid.
Daar komt nog bij dat een enorme
meerderheid van de bevolking achter Poetin staat. Ze weten dat hij het land
weer heeft opgebouwd en dat hij geen onbezonnen dingen doet. Daar komt nog bij
dat hij ook doet wat hij zegt en beloofd, en precies dat is een bijzonderheid
als het om politici gaat. De meeste mensen zijn blij dat de Krim zich weer bij
Rusland heeft aangesloten, en er is veel steun voor de vrije republieken in de
Donbass. Wat altijd weer opvalt, is dat eigenlijk niemand op wereldheerschappij
zit te wachten. Dat is een hemelsbreed verschil met hoe er in het westen wordt
gedacht. Vooral Amerika duldt niemand naast zich. Maar in Rusland is men daar
niet mee bezig. Als de Russische grenzen maar veilig zijn, en er steun kan
worden gegeven aan oude bondgenoten als die er om vragen, vinden de meeste
mensen het meer dan voldoende.
Ook kijkt men steeds weer met
verwondering en afwijzing naar het constante consumeren in het westen. Het
wordt gezien als pure verspilling, iets wat niet past bij de Russische
mentaliteit. Dingen in ere houden en gebruik maken van je hebt, wordt als veel
belangrijker gezien. Natuurlijk zijn er ook problemen, zoals het gebrek aan
betaalbare woningen, en de steeds noodzakelijke strijd tegen corruptie. Maar
het feit dat de zogenaamde liberale oppositie geen poot aan de grond krijgt en
het vooral bij provoceren moet laten, geeft aan hoeveel vertrouwen de bevolking
heeft in de huidige leiding. Dat is geen propaganda, maar werkelijkheid. Geen
enkele propagandamachine zou een dergelijke eenheid tot stand kunnen brengen.
Veel mensen voelen dus de dreiging die
uit gaat van het westen, en dan vooral de NAVO, wel. Ze hebben de vernietiging
gezien die het westen heeft aangericht in de Oekraïne en eerder in het
voormalig Joegoslavië. Ze zijn de NAVO bombardementen op Servië, een Russische
bondgenoot, niet vergeten, en weten dat deze oorlogsmachine tegen iedereen kan
worden ingezet. Daarom ook is er geen discussie over het bekostigen van een
sterke defensie. Maar niemand wil, dat het overdreven wordt. Oplossingen worden
vooral gezocht in betere techniek, niet in overdreven aantallen.