donderdag 12 maart 2015

HERINNERINGEN VAN EEN TREINREIZIGER



Afgelopen donderdag stonden er plotseling een aantal NS medewerkers op het spoor bij Hoofddorp. De aanleiding was het in elkaar slaan van een conductrice in een late trein de avond er voor tussen Schiphol en Hoofddorp. De conductrice kwam in het ziekenhuis terecht en gaf aan dat ze geen idee had wat er eigenlijk was gebeurd, hoewel er wel een persoon is opgepakt/ De NS collega’s vonden dat het nu mooi genoeg was geweest en kwamen in actie. Er was een grens overschreden en er moesten nu eindelijk maatregelen komen. Een terechte eis, maar hoe zit het nu eigenlijk met het geweld op de treinen en de perrons. Een getuigenis van een regelmatige reiziger.

Iedereen die regelmatig gebruik maakt van de NS treinen zal weten dat het er de laatste jaren niet gezelliger op is geworden. Vooral de late avondtreinen, met hoogtepunten in het weekend, worden vaak bevolkt door minder plezierige figuren die over het algemeen behoorlijk diep in het glaasje hebben gekeken. Wat het resultaat daarvan is laat zich niet moeilijk raden. Bepaalde categorieën van uitgaanspubliek maken de reizen in de avond en nachttreinen vaak tot hachelijke avonturen waar de afloop steeds onzeker van is. En dat is dan nog gezien van uit de positie van de reiziger. Voor het personeel, dat verantwoordelijk is voor de trein, is het allemaal nog een stukje erger.

Wat voorbeeldjes; regelmatig komt het voor dat dronken reizigers door de trein zwerven en conflicten uitlokken. Mensen die op handen en voeten door het gangpad gaan zijn geen uitzondering. Daar komen nog groepen jongeren bij die de voorkeur geven aan schreeuwen, gooien met bier en als het even kan, aan de noodrem trekken. Na een bezoek van deze figuren zien de toiletten er meestal uit als zwaar verwaarloosde zwijnenstallen, om van de lucht nog maar niet te spreken. Een ander fenomeen zijn kleine groepjes jonge zwartrijders die, loerend door de glazen deuren, een kat en muis spel met de conducteur spellen. Worden ze toch aangehouden zijn ze agressief en beledigend. Ook het aantal verwarde mensen in de trein neemt hand over hand toe. Op de gemiddelde reiziger, die zich normaal gedraagt, maakt dit alles een dreigende en onplezierige indruk.

Wat de conducteurs en conductrices van dit alles denken laat zich raden. Ze willen er niet veel over kwijt in het algemeen. Waarschijnlijk is het hen ook door de NS verboden om er openlijk over te spreken. Zeker, ze doen hun best om de boel toch nog in goede banen te leiden, hoewel sommige door arrogant gedrag ook zelf weer agressie oproepen. Maar dat zijn uitzonderingen. Over het algemeen proberen ze er het beste van te maken. En precies dat hebben ze al veel te lang gedaan, met veel slachtoffers als gevolg. Wie overdag in de trein zit maakt kans om twee conducteurs tegelijk tegen te komen. Dan zijn er nog de zogenaamde vliegende brigades, groepjes van 6 of 8 controleurs die van de ene naar de andere trein wippen, steeds op zoek naar de beruchte zwartrijder. De NS wil immers centen zien voor een steeds slechter worden service. Toch kun je hier zonder meer van overkill spreken.

Een heel ander beeld geven de avondtreinen, daar tref je meestal 1 conducteur of conductrice. Een persoon voor een hele trein, met juist het lastigste publiek van de hele dag. Als je de conductrices vraagt of ze dat nu wel prettig werken vinden zo, glimlachen ze een beetje en zeggen ze dat het nog wel gaat allemaal. Maar als je even doorvraagt blijkt dat ze het alleen voor wat meer geld doen of voor wat minder uren. Het is natuurlijk geen pretje om steeds tegen allerlei problemen en vervelende mensen op te moeten boksen. We moeten niet vergeten dat ze er inderdaad alleen voor staan. Als er problemen zijn kunnen ze alleen hulp krijgen als ze een station binnen rijden. Ze hebben een radio en een telefoon, maar wat heb je daar aan als je weer met een gek te maken krijgt in de middle of nowhere. Dan is er alleen de machinist om op terug te vallen, en die zit kilometers verderop in zijn cabine en kan nooit snel hulp bieden. Van echte veiligheid is dus nooit sprake.

Als er dan weer wat gebeurt, zo als nu in Hoofddorp of ook weer bij Helmond, wordt er van alle kanten geroepen dat er iets moet gebeuren. Er moeten gespreksrondes komen, een idioot van een minister zegt dat het afgelopen moet zijn zonder er consequenties aan te verbinden, en er is wat media aandacht. Daar houd het dan weer mee op. Maar als we naar het bovenstaande kijken kun je alleen maar concluderen dat het niet meer lang zal duren voor dat de eerste dode valt. Moet daar dan op gewacht worden voordat er eindelijk iets gebeurd? De nieuwe maatregelen van de overheid en de NS zijn te weinig en te laat.

Het NS personeel zelf is nu een beetje in actie gekomen en de machinisten hielden een toeteractie. Dit laatste werd door de NS beschreven als een geweldige publieksvriendelijke actie. Vriendelijk voor de schatkist van de NS zullen ze wel bedoelen. Want echte veiligheid kost geld, en daar heeft de NS natuurlijk geen zin in. Er wordt nu gezegd dat de maat vol is. Dat klopt, dus is het tijd voor krasse maatregelen. Het NS personeel moet nu zelf de confrontatie aangaan, niet met de raddraaiers in de treinen, want dat is hun taak niet, maar met de directie van de NS. De oplossing is simpel; twee conducteurs of conductrices op alle treinen, ook in de avonduren en de nacht. Op sommige beruchte routes, zoals de Schiphollijn, is drie het minimum. Als de NS daar niet aan wil moet er gestaakt worden tot de eis is ingewilligd. Rotterdam gaf gisteren al het voorbeeld.
 
De NS zal wel weer roepen dat staken niet publieksvriendelijk is, maar zo vriendelijk is het publiek nu ook weer niet voor de NS medewerkers. Misschien gaan de ogen open als de treinen gewoon stil blijven staan. De NS heeft miljoenen weggegooid aan de meest idiote dingen zoals bijvoorbeeld de Fyra, het is dan ook niet teveel gevraagd om te eisen dat er behoorlijk in de veiligheid van het personeel geïnvesteerd wordt. Er is genoeg gepraat en genoeg gepolderd. Dat haalt allemaal niets uit. Als de vakbonden het niet doen moet het personeel zelf een daad stellen. Nog niet zo lang geleden waren er personeelscollectieven bij de NS, die de confrontatie wel aandurfden. Misschien moeten die nu terug komen, voor dat het te laat is. Met een heldere eis en een strijdbare inzet kan de strijd voor betere werkomstandigheden sneller gewonnen worden dan met uren zwammen in de directiekamers. Dus organiseer en sla terug, ook op het spoor!